SIRTAKI

Andere toepassingsvoorwaarden: Spoel de verpakking drie keer uit na het leegmaken. Breng de spuitvloeistof zo snel mogelijk na bereiding aan. Bij de teelt van aardappelen en koolzaad het product toepassen in 200 tot 400 liter water per hectare. Bij de teelt van peulvruchten (exclusief soja) en vlinderbloemigen het product toepassen in 175 tot 400 liter water per hectare. Om niet-doelwit terrestrische planten te beschermen, is toepassing van dit product alleen toegestaan als over het hele perceel een techniek uit minimaal DRT97.5-klasse wordt gebruikt. Opmerking: om schade aan het gewas te voorkomen, mag het product niet in contact komen met zaden. De zaden moeten voldoende diep in de grond worden gezaaid en goed met aarde zijn afgedekt. Opmerking: om schade aan het gewas te voorkomen, dient het product te worden toegepast wanneer de kiemplanten nog goed bedekt zijn met grond. Opmerking: het product kan een gewasreactie veroorzaken in de vorm van bladverkleuring (chlorose) en enige groeiremming, vooral bij zware regenval kort na toepassing. Deze reacties zijn meestal tijdelijk en hebben geen negatieve invloed op de uiteindelijke opbrengst. Opmerking: drift van het product kan schadelijke effecten veroorzaken op nabijgelegen gewassen. Volgteelten Na de normale oogst van behandelde gewassen moet een grondbewerking (ploegen) van minimaal 15 cm worden uitgevoerd. De volgende gewassen kunnen worden geteeld: granen, koolzaad, bonen, erwten, aardappelen, maïs, vlas, suikerbieten en koolraap. Vervangende teelten In geval van herinzaai na mislukking van het gewas, en mits een grondbewerking (ploegen) van minimaal 25 cm wordt uitgevoerd: Na herfstbehandeling: aardappelen, erwten, bonen en wintergranen kunnen 6 weken na mislukking en ploegen worden gezaaid. Na herfstbehandeling: zomergraan, maïs, koolraap, uien, wortelen en vlas kunnen 7 maanden na mislukking en ploegen worden gezaaid. Na lentebehandeling: erwten, bonen, aardappelen, wortelen, koolraap, suikerbieten, uien, wortelen en vlas kunnen 6 weken na mislukking en ploegen worden gezaaid. Na lentebehandeling: maïs en struikbonen kunnen 9 weken na mislukking en ploegen worden gezaaid. Resistentiebeheer Dit product bevat de werkzame stof clomazon. Clomazon behoort tot de Isoxazolidinone-klasse, HRAC-code 13. Er is een risico op resistentieontwikkeling bij gebruik van dit product. In het kader van resistentiebeheer is het essentieel om de aanbevelingen in de voorlichtingsmaterialen op te volgen.